Vier jaar geleden pas debuteerde Virgil van Dijk voor het Nederlands elftal. Nu is hij de trotse aanvoerder van het team en moet hij Oranje in de komende dagen naar het EK 2020 leiden. Tegen AD Sportwereld doet hij zijn verhaal.

Toen Van Dijk net bij Oranje kwam hing de vlag er heel anders bij: “Het was onvergelijkbaar met nu. Het team zat in een soort overgangsperiode. De grote jongens van destijds waren er nog, het was echt zoeken, en ik had zelf ook nog helemaal niet de status van een volwaardig international. Nee, het was niet altijd even fijn en leuk. Maar toch heeft ook die tijd geholpen om te komen waar we nu allemaal zijn. Ook voor mezelf: als voetballer was het een leerzame tijd.”

Momenteel draait het weer goed bij Oranje, en zeker ook bij Van Dijk zelf:”Het gaat wel aardig ja. Bij Oranje ben ik nu één van de spelers aan wie de rest zich optrekt. Ik ben best trots op die rol. Het past ook wel bij me, denk ik. Toen ik net kwam kijken bij Oranje nog niet. Nu wel.”

Plaatsing voor het EK mag volgens Van Dijk echt niet meer misgaan tegen Noord-Ierland en Estland: “Als we het nu nog niet halen, dan weet ik het ook niet meer. Ik heb twee eindtoernooien gemist, ik kan niet wachten om op dat EK te spelen. Het wordt echt tijd, als team zijn we er klaar voor.”