Oranje had bij een 2-0 achterstand bij rust nog altijd het geloof dat het goed kon komen tegen Duitsland. Dat zei Matthijs de Ligt na afloop van de wedstrijd: “Hoe ongeloofwaardig dat ook klinkt.”

De eerste helft had Oranje nauwelijks een kans tegen de Duitsers, die uit de eerste twee halve kansen ook direct twee keer scoorden: “We hadden in de kleedkamer wel een gevoel van: zo, dit was een zware helft”, zei De Ligt. “Maar we hadden wel de overtuiging dat het nog goed kon komen.”

Pas in de 85e minuut maakte Oranje uiteindelijk de aansluitingstreffer. En daarna viel in blessuretijd ook nog de gelijkmaker.”Het was misschien geen beste wedstrijd, maar je haalt wel een punt weg. En dat is wat telt.”

Hij kijkt al met al met een redelijk gevoel terug: “We proberen weer een Oranje-machine te worden. Een elftal waartegen het moeilijk spelen is. Dat hebben we in de eerste helft niet laten zien, maar in de tweede helft hebben we wel de wilskracht getoond.”