Het legendarische doelpunt van Marco van Basten in de EK-finale van 1988 is één van de kroonjuwelen in de Nederlandse voetbalgeschiedenis. Wat weinig mensen weten, is dat de wereldgoal bijna was afgekeurd.

Toenmalig grensrechter Rémi Harrel heeft in een interview met het Franse Le Parisien verteld “een moment van twijfel te hebben gehad om Van Basten af te vlaggen wegens buitenspel”.

“Ik kan het mij nog goed herinneren. Ik wilde mijn vlag omhoog doen, maar toen ik zag hoe mooi het doelpunt was, liet ik mijn arm naar beneden”, aldus Harrel. “Waarschijnlijk had ik wel gevlagd als de bal over het doel was gegaan.”

De destijds geldige buitenspelregel schreef voor dat een aanvaller bij het aannemen van de bal niet op een lijn mocht staan met de voorlaatste tegenstander. Van Basten kwam bij het ontvangen van de bal van Arnold Mühren dicht in de buurt van die grens, waardoor Harrel niet zeker van zijn zaak was.

De grensrechter benadrukt dat er geen geur van buitenspel rond de treffer mag blijven hangen. “Achteraf gezien was het geen buitenspel, maar ik overwoog zeker om de treffer af te keuren.”

“Ik was ook nog jong, 34 jaar, en al actief op zo’n hoog niveau, waar de druk hoog was. Het zou de ergste beslissing in mijn loopbaan zijn geweest”, meent Harrel.