Tijdens een persmoment in Zeist deden Marten de Roon en Daley Blind vandaag hun zegje tegenover de Nederlandse pers. Het tweetal beet opvallend stevig van zich af, de twee zijn allebei wel een beetje klaar met het gezeur over hun tekortkomingen, al is dat gevoel bij De Roon groter dan bij Blind.

Bij Blind wordt met name kritiek gegeven op zijn (gebrek aan) snelheid. “Dat van die snelheid maken jullie groot. Het is vaak: dit en dat doet hij goed en laten we dan ook maar benoemen dat zijn snelheid een probleem is. Als goed opgesteld staat, kom je weinig in de problemen. Of er ergernis is over dit onderwerp? Nee, helemaal niet. Maar ik zie het anders.”

De Roon heeft meer kritiek te verduren. Niet alleen afgelopen zondag, maar eigenlijk altijd als hij voor Oranje speelt. “Gelukkig leeft de vraag wat ik bij Oranje doe bij jullie en niet bij de bondscoach. Het is altijd een kwestie geweest vanaf het moment dat ik er bij kwam. Ik voel me gewaardeerd door de staf. Ik lees niet veel. Het raakt mij zelf niet als er zo over je wordt gesproken, maar mijn omgeving stoort zich er wel eens aan. Dat is soms vervelend. Ik ben stoïcijns. Ik denk dat ik af en toe mijn waarde heb kunnen laten zien. “

Hij gaat ook in op het duel met Georgië, waarin veel kritiek was op zijn spel: “Zondag tegen Georgië? Dat heb ik terug gekeken. Er was een periode van vijf minuten waarin ik vier slordige passes had. Maar ik had ook balveroveringen, ik probeerde Dumfries een keer weg te steken en dat lukte net niet. Dertien keer balverlies benoemen, dat is altijd makkelijk. Ik vond het over hele wedstrijd niet zo heel spannend of heel slecht. Dat de media dit er uit pikt, prima. Ik baal echt wel van de slordigheden en van de kans voor hun middenvelder, die ik liet lopen. Maar over het algemeen heb ik het zelf geanalyseerd en speelde ik een degelijke wedstrijd.”

Volgens de Roon heeft hij al heel wat concurrenten voor zijn positie gehad de laatste jaren: “Het begon met Pröpper. Daarna Davy Klaassen, toen Donny van de Beek. En nu Ryan Gravenberch. Een groot talent, maar misschien ben ik te lang te bescheiden geweest. Ik denk dat ik heb bewezen dat ik waarde heb voor dit elftal.’’

Blind is blij dat hij het EK haalt, want hij had lang last van zijn enkel: “Mijn enkel. Ik zag zondag geen probleem en nu ook niet. Ik had na die wedstrijd wel een reactie verwacht, maar ik ben goed opgestaan. Ik ben topfit. Of alle lichten op groen staan? Zeker. In de revalidatie hebben we hier en daar grenzen opgezocht, er was natuurlijk sprake van tijdsdruk. Ik wilde niet bij Oranje aansluiten om te revalideren en dan kijken of ik later nog kon meedoen. Ik ben blij dat we dat hebben gehaald. Uiteindelijk hebben we het gered. Ik en en het team om mij heen.”