Ireen Wüst komt met opvallende bekentenis: 'Ik durf dat nu wel te vertellen'

De komende dagen strijdt de Nederlandse schaatstop tijdens het olympisch kwalificatietoernooi (OKT) in Thialf om de felbegeerde startbewijzen voor de Olympische Winterspelen. Ireen Wüst doet voor het eerst sinds 2005 niet mee. Ze blikt terug én geeft tips aan de nieuwe schaatstoppers.

"De stress van toen is met niets te vergelijken", vertelt Wüst in gesprek met De Telegraaf. "Er waren toen nog schaatsers met een beschermde status. Die had ik niet. Het ging in die eerste maanden van dat seizoen alleen maar over de Olympische Spelen in Turijn (2006, red.). Renate Groenewold wilde daar per se goud winnen. Ik was toen negentien jaar, in de World Cups was ik niet echt goed. Maar tijdens dat kwalificatietoernooi won ik achtereenvolgens de 1.500, 3.000 en 1.000 meter."

Haar voorbereiding voor 'Pyeongchang 2018' verliep een stuk minder. "Ik was geblesseerd", onthult Wüst nu voor het eerst. "Een buikzenuw zat bekneld, waardoor de aansturing van m’n linkerbeen niet lekker liep. Vanaf november reed ik met een ingetapete enkel zodat ik stabieler was. Niemand trouwens die dat ooit is opgevallen, het is nooit in de pers verschenen. Ik durf dat nu wel te vertellen. Ik had geen enkel vertrouwen in dat OKT, maar mentaal kon ik het altijd voor elkaar boksen dat ik er stond op het moment dat het moest."

Ireen Wüst geeft OKT-advies

Nu is het minder spannend voor Wüst. "Voor de schaatsers is het totaal anders", voegt ze direct toe. "Er gaan dromen in duigen vallen. Er valt ook niets te winnen. Want als je je plaatst, heb je nog steeds niets. Je kan dus alleen maar verliezen. Die stress is met niets te vergelijken. Zelfs op de Spelen had ik minder stress dan op een OKT." Ze heeft dan ook een duidelijk advies voor de huidige schaatsers: "Hou het simpel. Benader het als een gewoon NK. Laat iedereen er maar over schrijven en praten en het groot maken. Daar doe ik nu dus ook aan mee. Dat is mijn werk. Maar als schaatser: doe gewoon je dingetje."